Scholenzwemkampioenschappen

Schoolzwemkampioenschappen Oisterwijk

 

Het wordt langzaam aan een begrip op de sportkalender. De jaarlijkse schoolzwemkampioenschappen. Ook dit jaar zal zwemvereniging OZC’57 gastheer zijn voor de basisscholen uit Oisterwijk en omgeving voor deze onderlinge competitie. Deze kampioenschappen zijn jaarlijks in het najaar op een zondagmiddag in zwembad De Leye te Oisterwijk en beginnen om 13.00 uur.

Tijdens de schoolzwemkampioenschappen zullen de deelnemers in groepen van 4 of 6 kinderen estafettes zwemmen tegen kinderen van de andere scholen. De jongens en meisjes zijn ingedeeld in gemengde teams in verschillende leeftijdscategorieën. De kinderen uit de groepen 3 – 4 en 5 – 6 zwemmen iedere keer 6 keer 25 meter en de kinderen uit de groepen 7 – 8 zwemmen 4 keer 50 meter. Alle deelnemers komen drie keer in aktie in een schoolslag-, een rugslag- en een vrije slagestafette.

Naast de estafettes voor de jeugd is er ook een estafette voor de begeleiders.

Bij iedere estafette worden punten gescoord. Middels een ingewikkelde formule, die ook bij internationale zwemwedstrijden wordt gebruikt, worden de punten berekend. Op die manier maken scholen met een kleine zwemploeg net zoveel kans om met het kampioenschap naar school terug te gaan.

De vrijwilligers van zwemvereniging OZC’57 staan alweer te popelen om het spektakel van start te laten gaan. Het wordt vast weer net zo goed als vorig jaar, zeker als jullie met zijn allen meedoen of komen aanmoedigen.

Spelregels

Bij de organisatie van kampioenschappen horen natuurlijk ook spelregels waar iedereen zich aan moet houden, anders is het moeilijk om te bepalen of de kampioen op eerlijke wijze kampioen is geworden. Bij zwemwedstrijden gelden over het algemeen strikte regels waar aan moet worden voldaan. Het gaat hierbij onder andere over de manier van starten, keerpunten maken en aantikken, etc. Veel van de deelnemers zullen niet zo goed thuis zijn in deze regelgeving dus kun je hier vast wat uitleg krijgen.

De organisatie en de wedstrijdleiding zullen er rekening mee houden dat dit een “gezelligheidswedstrijd” is waar veel recreatieve zwemmers aan deelnemen. Kortom de regels worden niet te strikt gehanteerd. Hieronder kun je lezen welke regels gelden bij de schoolzwemkampioenschappen. Deze regels worden ook tijdens de kampioenschappen nog een keer worden uitgelegd.

Start schoolslag

Bij de schoolslag wordt vanaf het startblok of de badrand gestart. Hierbij mag de zwemmer zelf kiezen om te springen of te duiken. Na het duiken of springen komt de zwemmer zo snel mogelijk boven water. Het is niet de bedoeling dat ver onder water wordt gezwommen. Onder water zwemmen is maximaal 1 slag toegestaan.

De scheidsrechter en starter fluiten om de beurt bij de start. Er wordt meerdere keren gefloten bij de start.

Scheidsrechter

Eerste fluit:       de zwemmer gaat achter op het startblok staan. (de overige kinderen gaan een stukje naar achteren zodat de starter duidelijk kan zien wie gaat starten in iedere baan.)

Starter roept vervolgens: “Op uw plaatsen.”

De zwemmer gaat nu voor op het startblok staan of de badrand. Zodra iedereen stil staat volgt de tweede fluit en springen de zwemmers in het water.

Een valse start wordt afgefloten door de starter en scheidsrechter. Ook zal op de helft van het bad een touw in het water zakken om de zwemmers tegen te houden. Een valse start wordt gemaakt als een van de zwemmers voor het tweede fluitje gaat zwemmen.

 

Start vrije slag

Bij de vrije slag wordt net als bij de schoolslag vanaf het startblok of de badrand gestart. Daarbij mag de zwemmer zelf kiezen of gedoken of gesprongen wordt. Zodra de zwemmer in het water ligt mag deze zelf weten welke slag gezwommen wordt.

 

De fluitsignalen van de scheidsrechter en starter zijn hetzelfde als bij de schoolslag start.

 

Start rugslag

Bij de rugslag is de startpositie in het water. De zwemmer heeft de voeten tegen de muur met de tenen onder water. Met de handen wordt het startblok vastgehouden. Zodra het startsignaal klinkt, worden de handen achterover gegooid en afgezet met de voeten.

 

Bij de rugslag geeft de scheidsrechter twee fluitsignalen.

Eerste fluit:       de zwemmer springt in het water.

Tweede fluit:      de zwemmer pakt het startblok vast en zet de voeten tegen de muur.

 

Starter roept vervolgens: “Op uw plaatsen.”

De zwemmer trekt zich nu op aan het startblok. Zodra iedereen stil hangt, volgt het                      derde fluitsignaal en mogen de zwemmers vertrekken.

 

Keerpunten en aantikken

Bij de keerpunten van de schoolslag en het aantikken wordt op de buik aangetikt, bij voorkeur met twee handen tegelijk. Na het aantikken mag de volgende zwemmer vertrekken.

 

Bij het keerpunt van de vrije slag en het aantikken wordt op de buik of de rug aangetikt, afhankelijk van de slag die de zwemmer heeft gekozen.

Bij de rugslag moet bij het keerpunt en de finish op de rug worden aangetikt.

 

Begeleiding vanuit de school

De school moet voor voldoende begeleiding van de zwemmers zorgen. Daarbij moet rekening worden gehouden met;

  • een begeleider die de groepen in de gaten houd die niet hoeven te zwemmen.
  • een begeleider die de zwemmers tijdig, voor afloop van het voorgaande programma, bij elkaar heeft gezocht en bij de baan heeft staan.
  • een begeleider bij het startpunt en een begeleider bij het keerpunt om te zorgen dat de zwemmers niet te vroeg vertrekken.

 

De ervaring leert dat in principe één begeleider per groepje ideaal is.

 

Daarnaast kunnen er altijd vragen worden gesteld aan een van de vrijwilligers van OZC’57.

Leeftijdscategorieën

De wedstrijden worden per leeftijdscategorie. Het maken van deze indeling is nodig om te voorkomen dat grotere kinderen tegen veel jongere kinderen moeten zwemmen. Dit zou een ongelijke strijd tot gevolg hebben. Bij de schoolzwemkampioenschappen worden kinderen ingedeeld naar de groep waar zij in zitten op school. De verdeling wordt dan:

  • Groep 3 – 4
  • Groep 5 – 6
  • Groep 7 – 8

 

De afstanden die worden gezwommen verschillen per leeftijdscategorie. Groep 3 – 4 en 5 – 6 zwemmen in groepjes van 6 zwemmers, jongens en meisjes gemengd, zwemmen 6 x 25 meter per programma. Groep 7 – 8 zwemmen in groepjes van 4 zwemmers, jongens en meisjes gemengd, zemmen 4 x 50 meter per programma.